Ecolan_26

Wat is belangrijk bij het ontwerpen van mijn vijver?

Bij het ontwerpen van uw droomvijver kunt u natuurlijk geheel uw eigen invulling geven aan de vijver. Echter zijn er wel een aantal punten waarover u van te voren moet nadenken: 

Hoe groot moet een vijver zijn?

Maak een vijver niet te klein en te ondiep. Een ondiepe vijver warmt te snel op en koelt ook weer te snel af.
In een grotere, diepere vijver verlopen de processen gelijkmatiger. Ga uit van een vijver met een wateroppervlak van minimaal 5 vierkante meter. Hier zal zo’n 2000 tot 4000 liter water in passen.

Wat is de juiste plek voor een vijver?

Gezellig bij het terras! Let er wel op dat de vijver voldoende zon krijgt, zeker als je graag waterlelies in je vijver wilt planten. Waterlelies, maar ook veel andere vijverplanten, hebben zonlicht nodig om goed te kunnen groeien en bloeien.

Zes tot acht uur zon per dag is ideaal. Let er ook op dat er geen bladverliezende boom in de buurt van de vijver staat. Of leg in de herfst een net over de vijver zodat het blad niet in het water waait.

Welk materiaal heb ik nodig?

Met ECOLAN® rubber vijverfolie ben je helemaal vrij in het kiezen van de vorm. ECOLAN® folie is  heel sterk maar met een bamboe in de buurt van de vijver blijft het oppassen. Wees extra waakzaam bij woekerende soorten als Phyllostachys die flink lange, ondergrondse uitlopers vormt en genadeloos door de vijverfolie prikt.

In de vijver nooit het echte Riet (Phargmitis australis) of de Riet-sigaar (Thypha latifolie & Thypha angustifolia) planten. De rizomen zullen zelfs door ECOLAN® folie heen groeien.

Hoe houd ik het water helder?

De grootste zorg is helder water. Er is geen lol aan een vijver die eruitziet als een grote pan erwtensoep. Om het water helder te houden, kun je een vijverpomp met een filter (eventueel  aangevuld met een UV-filter) installeren. Zeker als je vissen in de vijver houdt kan dit een goede oplossing zijn.

In de meeste gevallen wordt een dompelpomp in de vijver gehangen en een filter net buiten de vijver geplaatst.

Welke vissen zijn geschikt voor de vijver?

Vissen zijn erg leuk in de vijver. Toch moet je van tevoren goed beseffen waar je aan begint. Van koikarpers is het wel bekend dat ze een chaos in de vijver kunnen veroorzaken. Ze woelen de bodem om en vreten de waterplanten kaal. Maar kleine vissen kunnen ook voor problemen zorgen, vooral als je er te veel uitzet in je vijver.

Beperk je tot ongeveer 20 cm vis per 1000 liter water en houd de visstand goed in de gaten. Geef ook zeker niet te veel voer, voer dat achterblijft verontreinigt het water. Vijvervissen die weinig problemen geven zijn goudwinde, goudelrits en sluierstaarten.

Biologische invloeden

Klimaatveranderingen hebben een grote invloed op de flora en fauna in ons land. Zo krijgen we steeds vaker te maken met ongenodigde "gasten" welke in het verleden niet aanwezig waren. Zo zien we al een tijd dat exotische gewassen en insecten hun intrede doen als schadeveroorzakers bij EPDM vijvers. Naast relatief nieuwe bamboe soorten en hardnekkige grassen, zijn ook met name insecten die larven in de vijver leggen de boosdoener: o.m. “de kokerjuffer” (Trichoptera: Psychomyiidae).

Het diertje heet zo, omdat hij zijn weke achterlijf beschermd met een zelfgemaakte koker. Deze koker vervaardigd de larve uit materiaal dat voorhanden is in zijn omgeving. Te denken valt hierbij aan plantenmateriaal, overblijfselen van waterdieren, zandkorrels, kiezelsteentjes en allerlei combinaties daarvan. De materialen worden aan elkaar geplakt met een plakkerige spinrag. Als deze larve in een (koi)vijver niets anders vindt dan vijverfolie, rest hem niks anders dan zijn koker te bouwen van stukjes folie die hij zelf los bijt. Als gevolg hiervan kunnen schades ontstaan, waardoor de vijver kan leeglopen.

Een natuurlijke oplossing is om deze insecten een natuurlijke vijand te geven. Zo is het uitzetten van insectenetende vissen (zoals een Zeelt en Zonnebaars) doorgaans een effectieve manier van bestrijden. Ook bij het onderhoud van de vijver kan er rekening worden gehouden met de larve. Met name in de periode maart t/m oktober is extra waakzaamheid geboden.

Hoe diep moeten vijverplanten staan?

Als je vijverplanten koopt, staat op het etiket hoe diep je ze moet planten. Daarbij wordt altijd uitgegaan van de afstand van het grondoppervlak tot het wateroppervlak. Zet je de plant in een plantmandje, dan moet je dus de afstand van de rand van de aarde in het mandje tot het wateroppervlak meten. In zowel voorgevormde vijvers als folievijvers zijn vaak randen van verschillende hoogten aangebracht waarop je de mandjes kunt zetten.

Eventueel kun je de niveaus met bakstenen of tegels wat verhogen maar pas op dat je de vijverfolie niet beschadigt. In een vijver met een glooiende bedding kun je de randen vullen met vijveraarde en hier de planten in zetten.

Waar kan ik de planten het beste in zetten?

Vijverplanten kun je het beste in mandjes zetten. Vul de mandjes met vijveraarde, zet de plant erin en dek af met een laagje grind. Dit voorkomt dat de vissen de grond omwoelen en de vijveraarde naar de bodem zakt. Je kunt de vijvermandjes ook eerst bekleden met bijvoorbeeld antiworteldoek of jute.

Woekerende planten kun je beter in een gesloten bak zetten. Er zijn ook mandjes in de handel die je met beugels over de rand van een vijver kunt hangen. Voor grotere waterplanten zijn ook plantzakken en plantnetten te koop.

Wat is de beste planttijd voor de vijver?

De lente is een uitstekend moment, en dan vooral de periode mei/juni als de planten al goed aan de groei zijn. Plant je later, dan zullen de planten pas een jaar later gaan bloeien.

Hoeveel zuurstofplanten moet ik in de vijver zetten?

Zuurstofplanten zijn belangrijk. De plantjes zorgen niet alleen voor zuurstof maar halen ook het teveel aan voedsel uit het water. Dit komt de waterkwaliteit ten goede. Per vierkante meter wateroppervlak heb je een plantmandje met 4 tot 5 bosjes zuurstofplanten nodig.

Fonteinkruid (Potamogeton) is geweldig voor de waterkwaliteit, maar zet ook andere zuurstofplanten in de vijver zoals hoornblad (Ceratophyllum), waterpest (Elodea) en gewoon blaasjeskruid (Utricularia vulgaris).